Flora en fauna

Door de water- en bodemsituatie komt een verscheidenheid aan plant- en diersoorten voor in de Peel. In het natte deelgebied 2 kon zich hoogveen vormen met kenmerkende soorten als veenmos (Sphagnum spec.), veenpluis (Eriophorum angustifolium), kleine veenbes (Vaccinium oxycoccos) en eenarig wollegras (Eriophorum vaginatum). Op de wijstgronden in deelgebied 1 komen dankzij het kwelwater bijzondere soorten als dotterbloem (Caltha palustris) en paarbladig goudveil (Chrysosplenium oppositifolium) voor. 

 

De droge heidegebieden die vooral in deelgebied 1 en langs de Maas voorkomen kennen een andere florasamenstelling. Hier voeren soorten als struikheide (Calluna vulgaris), dopheide (Erica tetralix) en pijpenstrootje (Molinia caerulea) de boventoon en is er kans op het aantreffen van zeldzame soorten als klokjesgentiaan (Gentiana pneumonanthe) en grote wolfsklauw (Lycopodium clavatum).  

 

De Maasvallei wordt door de grote fluctuaties in het watersysteem gekenmerkt door soorten die goed kunnen omgaan met dit hoogdynamische milieu. In de natuurontwikkelingsgebieden langs de Maas waar de rivier haar gang mag gaan is dit te zien aan de aanwezigheid van gewone agrimonie (Agrimonia eupatoria), rode ogentroost (Odontites vulgaris) en wilde marjolein (Origanum vulgare). 

​

In veel van de natuurgebieden in het gebied wordt begrazingsbeheer gevoerd doormiddel van schapen, paarden (Exmoor), runderen (Tauros) of wisenten. Bruine kiekendief, roerdomp en koekoek, maar ook gasten als kraanvogel en klapekster komen in de nattere delen van het gebied voor. In de Maasvallei is er bovendien trefkans voor bevers, op de Maashorst voor dassen.